Resolutie 933 Veiligheidsraad Verenigde Naties
Resolutie 933 | ||
---|---|---|
Van de | Veiligheidsraad van de Verenigde Naties | |
Datum | 30 juni 1994 | |
Nr. vergadering | 3397 | |
Code | S/RES/933 | |
Stemming | voor 15 onth. 0 tegen
0 | |
Onderwerp | Instabiliteit van Haïti | |
Beslissing | Verlengde de UNMIH-vredesmissie met 1 maand. | |
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 1994 | ||
Permanente leden | ||
Niet-permanente leden | ||
Argentinië · Brazilië · Tsjechië · Djibouti · Spanje · Nigeria · Nieuw-Zeeland · Oman · Pakistan · Rwanda
| ||
Haïti (rood).
|
Resolutie 933 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd unaniem aangenomen door de VN-Veiligheidsraad op 30 juni 1994, en verlengde de UNMIH-vredesmacht in Haïti met een maand.
Achtergrond
[bewerken | brontekst bewerken]Na decennia onder dictatoriaal bewind won Jean-Bertrand Aristide in december 1990 de verkiezingen in Haïti. In september 1991 werd hij met een staatsgreep verdreven. Nieuwe verkiezingen werden door de internationale gemeenschap afgeblokt waarna het land in de chaos verzonk. Na Amerikaanse bemiddeling werd Aristide in 1994 in functie hersteld.
Inhoud
[bewerken | brontekst bewerken]Waarnemingen
[bewerken | brontekst bewerken]De Veiligheidsraad was diep bezorgd omdat de inzet van de UNMIH-missie nog steeds verhinderd werd, onder meer door het Haïtiaanse leger. De Organisatie van Amerikaanse Staten had in een resolutie gevraagd het mandaat van UNMIH te versterken. Het was van belang dat de missie zodra mogelijk werd ingezet.
De recente escalatie van het geweld en de benoeming van de zogenaamde de facto III-regering werden veroordeeld. Ook ging de humanitaire situatie achteruit. De internationale gemeenschap moest op dat vlak meer bijstand verlenen.
Handelingen
[bewerken | brontekst bewerken]De Veiligheidsraad besloot UNMIH's mandaat te verlengen tot 31 juli. De militaire autoriteiten in Haïti weigerden het (vredes)akkoord uit te voeren, wat betreurd werd.
Secretaris-generaal Boutros Boutros-Ghali werd gevraagd om tegen 15 juli te rapporteren met aanbevelingen over de sterkte, samenstelling, kost en duur van UNMIH en ook onder meer de bijstand die de missie kon bieden aan de democratische regering van Haïti (als die terug was) in verband met veiligheid, ordehandhaving en verkiezingen.
Hij mocht de missie klaarmaken voor vertrek. Ook de lidstaten werden gevraagd troepen, politie, personeel, uitrusting en logistieke steun klaar te houden. Intussen werd de situatie in Haïti in het oog gehouden om tot de inzet van UNMIH over te gaan zodra mogelijk.